Macht euch mit dem Wohnmobil auf den Weg und erlebt die Freiheit des Campings mit dem Komfort eines mobilen Eigenheims. Entdeckt alle Wohnmobilstellplätze, die Friesland zu bieten hat, und wählt euren Favoriten.
Richard Jung werd geboren op 27 februari 1911 te Reichenberg in Tjechië. Hij was rangeerder bij de Tsjechische Spoorwegen. In 1942 kreeg hij een oproep om dienst te nemen in het Duitse leger, hetgeen Jung als felle tegenstander van het nationaal-socialisme weigerde. Hij pleegde sabotage en werd gearresteerd.
Jung zat opgesloten in diverse concentratiekampen en gevangenissen, waaruit hij ontslagen werd of wist te ontsnappen, onder andere te Wenizza, Dnjepropetrowsk, Dubno, Ratipol en Brual-Rhede Lager III. Hij vluchtte en kwam bij Nieuweschans Nederland binnen. Na veel omzwervingen dook hij onder in het Schar, bij de familie Johannes Kuiper. Hier verbleef hij negen weken en ontmoette hij Broer Akkerman uit Sintjohannesga.
Met Akkerman is hij weggegaan toen zijn gastheer in Drenthe werd gearresteerd. Op 8 april 1945 werd de groep Haskerland van de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten gemobiliseerd. Jung ontpopte zich als een moedig verzetsman, die steeds vrijwillig het zwaarste en gevaarlijkste werk wilde doen.
Op zondag 15 april 1945 bood hij zich aan voor een verkenningstocht ten dienste van het Canadese leger, dat in de richting van de brug in Scharsterbrug oprukte. Jung ging op de fiets vooruit, maar toen dat te gevaarlijk werd, besloot hij te voet verder te gaan. Zo nu en dan zocht hij dekking in de zogenaamde eenmansgaten in de berm van de weg. In een gat dat voor de helft was dichtgegooid, heeft Jung geen dekking genoeg kunnen vinden, met als gevolg dat hij door de bezetter werd doodgeschoten.
Akkerman heeft onder vijandelijk vuur met de hulp van twee Canadese soldaten het stoffelijk overschot van Jung weggehaald. Op 18 april 1945 werd hij begraven op de N.H. begraafplaats te Sintjohannesga. Jung is herbegraven op Nationaal Ereveld Loenen. In Rotsterhaule is een weg naar Richard Jung vernoemd.
Onthulling
Het monument is onthuld op 15 april 1946. Het gedenkteken is een geschenk van de bevolking van Sintjohannesga en omstreken.
In deze nog nauwelijks herkenbare boerderij uit 1881 werd het vroegere “café Wed. R. Zwart” gerund. In 1921 aanmerkelijk verbouwd tot café-restaurant door de toenmalige nazaat en uitbater, Jan Zwart. Het etablissement heette toen Café Zwart. Deze uitspanning is vooral ook bekend door de stakingsbijeenkomsten eind 19e eeuw.
Janke van Vondel, oud 64 jaar, arbeidster uit Appelscha, is de enige vrouw die in de parlementaire enquête over de veenderijen – zowel in Fryslân, Groningen als Drenthe – aan het woord komt. Zelf werkt ze niet meer in het veen, dat kan ze niet meer. Maar tot haar zestigste heeft ze dat altijd gedaan. Ze geeft de commissie onomwonden haar mening. “Waar is de plaats der vrouw? Thuis! Dan kregen de kinderen betere opvoeding en beter onderwijs. Nu eens verbrandt er een kind, dan weder verdrinkt er een. Dat kan voorkomen worden.” Een dergelijk citaat geeft reeds aan hoe erbarmelijk de omstandigheden waren waaronder destijds mannen, vrouwen en kinderen in de Ooststellingwerver venen hun werk moesten verrichten. Het ging om lange werkdagen, zwaar werk en slechte verdiensten, waarbij de lonen niet vooraf waren vastgelegd. De arbeiders wisten niet precies wat ze het komend veenseizoen zouden verdienen en legden zich er bijvoorbeeld knarsetandend bij neer dat turven per stok werden gerekend, zonder te weten wat deze maat officieel inhield.
Ook de vakbondsredevoeringen van Pieter Jelles Troelstra in Café Zwart zijn legendarisch. En ook diens bemoeienis met de broodstaker Bruinsma is een bekend gebeuren. Troelstra zou in 1893 met de Appelschaster veenarbeiders te maken krijgen, toen hij Bruin Tjibbes Bruinsma voor de rechtbank verdedigde. Deze was voor zijn optreden bij de stakingen van 1888 uit zijn huis gezet, zou de eerstvolgende jaren in zijn eigen dorp geen werk meer vinden en moest eerst in de Drentse venen en daarna in Duitsland zijn brood verdienen. Voor zijn interventie bij de armmeesters – hij zou de armvoogd hebben gedwongen brood te geven en een veldwachter met de dood hebben bedreigd – kreeg hij 15 maanden cel, de briljante verdediging van Troelstra ten spijt. Het gevolg was wel, dat progressieve liberalen zich gingen bemoeien met de armoede in Friesland en de vervolging van socialisten en arbeiders- en stakingsleiders. Ook hier: resultaat op langere termijn.