Locations
1057 to 1080 of 5489 results
-
Het Garnalenfabriekje (It Grenaatfabrykje)
Het Garnalenfabriekje (It Grenaatfabrykje)
-
Koudum
Koudum
-
Het Molenhuis
Het Molenhuis
Direct boekbaar
-
Theetuin Peins
Theetuin Peins
-
Aanlegplaats Franeker| Kromme Gracht
Aanlegplaats Franeker| Kromme Gracht
-
Memorial stone for Fallen Canadians
Memorial stone for Fallen Canadians
Sunday 15 April 1945, Friesland's official liberation day, was also the day Sneek welcomed the Canadian liberation forces. It had been an exciting day, and the Dutch Domestic Armed Forces (NBS) had fought quite a battle with the occupiers.
A day earlier, German troops had begun to withdraw from Sneek and the NBS had tried to hinder their retreat along the Leeuwarderweg as much as possible. Until a column of German parachute troops had entered the fray and forced the NBS to retreat.
The Waag building in the middle of the city centre was used as a weapons cache by the occupying forces during the war. To prevent it from falling into Allied hands, the fleeing troops set it on fire at around three o'clock on Sunday. Loud explosions and bangs resounded throughout the city for half an hour.
Once the enemy had left the city, the NBS operatives gathered at the HBS school for instructions and the distribution of weapons and armbands. They went into the city to round up traitors. Then, rumour had it that hundreds of German soldiers were on their way to Sneek from Lemmer. Immediately, fortifications were built at the Water gate.
Canadian units were alerted. They were now in possession of the latest defence plans for Sneek thanks to NBS intelligence and were advancing from Joure towards the town.
In the evening around half past seven, the first patrol of the Canadian infantry battalion Le régiment De La Chaudière rode into town with flame-throwers and machine guns. The German troops stayed away, and the full Canadian battalion followed.
Sneek was liberated, but freedom was not yet guaranteed as German troops tried to escape via the Afsluitdijk towards Friesland. The Canadian Regiment of the Queens Own Rifles moved through Sneek to the Afsluitdijk and fiercely fought at Wons. Six Canadian soldiers were killed. They were temporarily buried at Sneek General Cemetery. In 1946, they were reburied at the Canadian Field of Honour in Holten.
Canadian guests
While waiting to return to their homeland, hundreds of Canadian soldiers were lodged with families in Sneek for about five months. On 1 June, the Perth Regiment arrived in the town, which they temporarily renamed Stratford. They were involved in the liberation of Groningen. A committee was set up to entertain the soldiers with various activities. From dances to sailing competitions and special church services.Cordial ties developed between the liberators and the people of Sneek. And sometimes more than that. For Gordon C. Compton and Atty Bouma, one could even speak of "love at first sight". When the last soldiers return home at the end of November, Gordon decided to stay in the Netherlands. On 9 May 1946, he married Atty in Sneek. Not long after, Gordon and his "war bride" left for Canada.
Several monuments in the city recall the special bond with the Canadian military, which remains very close to this day.
-
-
WestCord WTC Hotel - Executive Suite
WestCord WTC Hotel - Executive Suite
Direct boekbaar
-
BoerdeRijlst
BoerdeRijlst
Direct boekbaar
-
Rietland
Rietland
-
Designed For Maria
Designed For Maria
-
Klokkenstoel Donkerbroek
Klokkenstoel Donkerbroek
-
Amelander bierbrouwerij
Amelander bierbrouwerij
-
Jirnsum
Jirnsum
-
House Messingklopper
House Messingklopper
-
Watersportbedrijf De Werff
Watersportbedrijf De Werff
-
De Stenen Man statue in Harlingen
De Stenen Man statue in Harlingen
-
Bunkers van de Atlantikwall in Harlingen
Bunkers van de Atlantikwall in Harlingen
De bunkers in Harlingen maakten deel uit van de Atlantikwall: de ruim 6.000 kilometer lange Duitse verdedigingslinie van Noorwegen tot Spanje.
De Atlantikwall geldt als een van de grootste bouwwerken van de twintigste eeuw. De linie werd gebouwd in de jaren 1942 tot en met 1945 om een geallieerde invasie van het West-Europese vasteland vanuit zee onmogelijk te maken. De Atlantikwall was een serie losstaande, zelfstandige en aan alle kanten te verdedigen kleinere en grotere steunpunten die elkaar vuurondersteuning konden geven. In veel gevallen bestonden ze uit bomvrije bunkers, soms met een muur- en dakdikte van zeker twee meter gewapend beton. Door een gebrek aan arbeidskrachten, materieel en brandstof waren er vanaf 1 mei 1943 in Nederland slechts 510 bunkers van de geplande 2000 opgeleverd.
Harlingen werd in 1939 al voorzien als uitvalsbasis voor de door de Luftwaffe noodzakelijk geachte bezetting van de eilanden Terschelling, Vlieland en Ameland.
In 1942 werd de leiding van de kustverdediging overgedragen aan de marinetroepen in de stad Groningen. De Wehrmachtsbefehlshaber in den Niederlanden, General der Flieger, Friedrich Christiansen, bracht in 1943 een bezoek aan Harlingen en haar Hafenkapitän. Christiansen hield een landing zoals bij Normandië op de eilanden en bij de havenstad Harlingen voor mogelijk en maakte zich zorgen over de geringe gevechtskracht van de Wehrmacht ter plaatse.
In de Engelse Tuin in Harlingen ligt nog een Duitse bunker die onderdeel uitmaakte van de Atlantikwall. De bunker is twintig meter lang en vijf meter breed.
Deze bunker behoort tot de in totaal 27 bunkers in Harlingen. Het betreft de Commandopost Verbindingen – “Gefechtsstand” het zenuwcentrum tussen Kornwerderzand, Zurich en Franker – waarvandaan de Duitsers de Friese kustverdediging controleerden. De “Gefechtsstand” in de Engelse Tuin werd beschermd door drie kleinere bunkers, de zogenoemde. Tobruks. Dit waren kleine bunkertjes van gewapend beton waarin meestal eenmachinegeweer was opgesteld. Uiteindelijk bleek de bunker voor de Canadezen nauwelijks een hindernis bij de zuivering van de stad.
Na een korte artilleriebeschieting waadde de infanterie van de Highland Light Infantry of Canada in de avond van 16 april 1945 bij de Riedkade door de Ried. Met steun van een aantal Sherman tanks van de Sherbrooke Fusiliers werden de Duitsers aan de rand van Harlingen teruggedrongen. Eenmaal in de stad richtte de D Company van Captain William Douglas Tipper zich op de Franekerpoortsbrug en de Engelse Tuin. Vanwege de opgeblazen bruggen konden de tanks de stad niet in, maar dit lukte een aantal carriers wel. Deze lichte pantservoertuigen bewapend met een zwaar machinegeweer waren welkom in de stadsgevechten.
Rond 22.00 uur waren de Canadezen diep in het centrum doorgedrongen. Hierna werd de wil van de Duitsers om nog door te vechten snel gebroken. Omstreeks 4.30 uur was de stad in Canadese handen. Ook de Duitsers in de versterkte Engelse Tuin hadden de Canadezen niet kunnen ophouden.
Toen de Engelse Tuin in 2009 opnieuw werd ingericht was de bunker even zichtbaar. De drie Tobruks zijn allemaal met aarde opgevuld, maar nog steeds te zien. Eén ervan bevindt zich vlak bij de Hoogstraat, de andere twee liggen in het midden van de tuin.
De Engelse Tuin is aangelegd op het oude bolwerk, dat hoog boven de omgeving uittorende, en was daardoor een ideale plaats om de bunkers aan te leggen. De Tobruks waren verstopt in het park en daardoor van boven minder goed zichtbaar maar vanuit de bunker hadden de Duitsers ruim zich over de omgeving.
-
-
Marboei MB63
Marboei MB63
-
Uitkijktoren De Reiddomp
Uitkijktoren De Reiddomp
-
Beelden Hein Mader bij Centrum voor Prentkunst
Beelden Hein Mader bij Centrum voor Prentkunst
-
Grand Café 1834
Grand Café 1834
-
Slauerhoffbrug
Slauerhoffbrug
-
Schaopedobbe Nature Reserve
Schaopedobbe Nature Reserve
-
Nationaal Vlechtmuseum
Nationaal Vlechtmuseum